Jacht training
Hoewel terriërs en teckels van nature alle eigenschappen bezitten die nodig zijn om ingezet te worden in de genoemde jachtvormen zijn wij er van overtuigd dat door bewuste training de honden beter worden in hun 'vak' en zij beter voorbereid zijn op de gevaren die gepaard gaan met de jacht. Dit wil zeggen dat wij vanaf het moment dat zij uit het nest komen spelenderwijs en zonder druk getraind worden ter voorbereiding op hun leven als huis - jacht hond.
Basis gehoorzaamheid en socialiseren
Zoals iedere hond is de basis van elk gedrag een goede gehoorzaamheid aan de baas. Vooral is sociaal gedrag naar mens en andere honden bij een terrier van essentieel belang. We werken liever met intelligente en slimme honden dan met blinde 'Rambo's'. Een goede basis is dan ook onontbeerlijk. Een niet sociale hond geeft problemen in de jacht, je zal dan ook al snel niet meer welkom zijn indien je hond niet kan samenwerken met andere honden. Onze specifieke jachttraining heeft als onderdeel verdraagzaamheid en rangorde als een rode draad in het programma.
Conditioneren op wild
Al vanaf het eerste begin confronteren we de honden met de wildsoorten waar ze in de praktijk op gaan werken. Dit zal voornamelijk vos, zwijn en rat zijn. Eenmaal aangenomen zal een hond hierop fanatiek zijn werk gaan doen. Het conditioneren kan beginnen vanaf 4 weken in het nest door het aanbieden van staarten, huiden etc. Tijdens trainingen wordt dan ook vers materiaal gebruikt zoals reezweet, vel/poten van ree, hert, zwijn etc.
Ondergrondse training
Voor een hond is het betreden van het donkere gat geen vanzelfsprekendheid. Ook hier beginnen we heel vroeg mee. Ons oefenveld heeft een ondergronds bouw van 53 meter, een kunstbouw en een gangenstelsel van 25 meter van pvc waar we stap voor stap de honden mee vertrouwd maken. Ook thuis kun je op een redelijk eenvoudige manier de hondjes trainen op neus en tunnelwerk, indien je trainingen volgt zal de begeleiding hiervan onderdeel zijn van het programma.
Werken op de neus
De neus is het allerbelangrijkse zintuig voor de hond om te ontwikkelen. Zowel ondergronds als in het bos en veld zal hij zijn weg moeten vinden naar zijn prooi en weer terug naar zijn baas. Ook aangeschoten/aangereden wild vindt hij met de neus. Ook dit trainen we vanaf pup en vervolgens voortdurend gedurende het gehele jaar.
Aanblaffen/luidgeven
Zodra de hond zijn prooi onder of boven de grond heeft gevonden wordt van hem verwacht dat hij het wild gaat 'aanblaffen'. Hiermee zet hij druk op de vos of het zwijn waardoor deze in beweging komen en voor het geweer gebracht kunnen worden van de jager. We proberen dit gepaard te laten gaan met liefst zo min mogelijk fysiek contact, een hond die te veel de fysieke confrontatie opzoekt zal snel verwond worden en niet meer inzetbaar zijn. Je kunt hier met het fokken en de opleiding rekening houden door de hond niet TE gek te maken, echter het karakter bepaalt uiteindelijk hoe de hond in de praktijk zal werken.
Drijfjacht zwartwild/roodwild/roofwild
De basisbeginselen van drijfjacht wordt ook getraind. Het uitwerken van sporen, het aannemen van zware dekking, het lopen in kleine roedel, het testen van prooidrift, aanleren van rangorde en verdraagzaamheid in de roedel etc. Op locatie is een zgn Pendelsau aanwezig.
Scherpte op ongedierte/opleiding tot rattenvanger
Omdat terriërs hun mannetje moeten kunnen staan tijdens de jacht, wordt de hond vanaf 5 maanden getraind om ongedierte op te ruimen. Na deze eerste pittige kennismaking met ratten zal de hond veranderen en scherpte gaan ontwikkelen naar zijn prooien.
Zweetwerk/nazoek training
zie apart hoofdstuk in het menu